Artiesten Impressie

Reclame op gebouwen en op eigen terrein

Een aantrekkelijke stad heeft aantrekkelijke winkelgebieden die bezoekers trekken. De inrichting van een winkelgebied is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de gemeente, ondernemers en vastgoedeigenaren. Reclame hoort bij de stad, bij winkelen en horeca. De kwaliteit van het straatbeeld is erbij gebaat dat reclames zijn afgestemd op elkaar, op de omgeving en op de architectuur. Dat komt ook de herkenbaarheid van individuele reclames ten goede. De manier waarop reclame wordt gepresenteerd is van grote invloed op het straatbeeld. Om te voorkomen dat reclame tot wildgroei leidt en de stad een rommelig aanzien krijgt, zijn kaders en criteria nodig over afmetingen, plaatsing en vormgeving van reclames. Daarmee is voor ondernemers duidelijk wat er kan en wordt voorkomen dat er onderlinge concurrentie ontstaat tussen reclames waardoor grootschalige reclame van individuele ondernemers, de normale reclame van andere ondernemers overschaduwt.

In sommige delen van de stad passen ruime mogelijkheden voor reclame goed bij de functies die daar gevestigd zijn. Daar ondersteunt reclame de kwaliteit van het stadsbeeld. Mits voldaan wordt aan een aantal criteria en uitvoeringseisen, is daar meer ruimte voor reclame dan in gebieden waar dit minder goed past bij de primaire functies van dat gebied. Hier is reclame mogelijk, maar gelden iets minder ruime regels.

Algemene uitgangspunten

Onder reclame wordt in dit beleid elke aanduiding met een commercieel of niet-commercieel belang beschouwd, in de vorm van een naam, aanduiding, opschrift, bewegwijzering, aankondiging, mededeling en/of ander herkenbaar teken, al dan niet in combinatie met een bouwkundige uitbreiding voorzover deze op of vanaf de openbare weg zichtbaar is.

Het reclamebeleid is gebaseerd op de volgende algemene uitgangspunten:

  • Reclames zijn afgestemd op de omgeving waarin ze worden geplaatst; daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen reclamegebieden en reclameluwe gebieden.

  • In beschermde stadsgezichten, groengebieden en op het water wordt terughoudend omgegaan met reclame.

  • Bij gemeentelijke en rijksmonumenten wordt terughoudend omgegaan met reclame. Per geval wordt beoordeeld hoe de reclame zich verhoudt tot de cultuurhistorische waarden van het monument. Dit geldt ook voor reclame in de openbare ruimte nabij monumenten.

  • Reclames zijn qua vormgeving, afmetingen en plaatsing afgestemd op de gevelopzet en worden goed onderhouden.

  • Reclames doen geen afbreuk aan de kwaliteit van de openbare ruimte, aan zichtlijnen of verdere essentiële stedenbouwkundige aspecten die het stadsbeeld bepalen, maar vormen een bijdrage aan het geheel daarvan.

  • Een opeenstapeling van reclames en concurrentie tussen reclames waardoor een chaotisch straatbeeld ontstaat, moet vermeden worden. Aspecten zoals de onderlinge afstand tussen reclames en fel en contrasterend kleurgebruik spelen daarbij een rol.

  • Gebouwen en bouwwerken worden niet gebruikt als reclamedragers.

  • Uitgangspunt is dat reclames nooit losstaan van de activiteiten die met de reclame worden aangeprezen.

Systematiek van het reclamebeleid

Het reclamebeleid is opgebouwd uit een set vaste criteria die zijn gebaseerd op de hiervoor genoemde algemene uitgangspunten. De vaste criteria gelden altijd en overal en worden aangevuld met specifieke criteria voor de desbetreffende categorie en het reclametype. Binnen deze categorieën wordt in sommige gevallen onderscheid gemaakt tussen twee soorten gebieden: Reclamegebied’ en Reclameluw gebied. Zie hiervoor ook ‘Werking van de kaarten’ onder 1.2, als onderdeel van 1. TOELICHTING EN KADER.

Gebieden

Onder Reclamegebied vallen de gebiedstypen met een hoogstedelijk karakter en gebieden met overwegend bedrijvigheid. In deze gebieden hoort de presentatie van bedrijven bij het karakter van het gebied en zijn de mogelijkheden ruimer.

Onder Reclameluw gebied vallen gebieden waar overwegend gewoond wordt, of waar rust, natuur en ontspanning voorop staan, wordt terughoudender omgegaan met reclame. Hetzelfde geldt voor de van rijkswege beschermde stadsgezichten. Voor (buurt)winkels, horecagelegenheden en bedrijven in deze gebieden gelden regels die passen bij het karakter van het gebied, maar ook rekening houden met het feit dat reclame bij winkelen en horeca hoort.

Categorieën

De mogelijkheden voor reclame op een gebouw zijn afhankelijk van het type gebouw, de functie en de plek van de functie(s). Ook is het van belang of in een gebouw meerdere gebruikers zijn gehuisvest. In het reclamebeleid zijn daarom verschillende categorieën bepaald. De categorie is bepalend voor de typen reclame die mogelijk zijn.

Reclametypen

Voor wat betreft reclame op gebouwen en op eigen terrein zijn er verschillende mogelijkheden te onderscheiden, dit is afhankelijk van het gebruik, de plek en het soort gebouw.

Vaste criteria

  • Niet toegestaan zijn reclames van derden die niet gerelateerd zijn aan het gebruik van het pand.

  • Reclame is alleen toegestaan op de gevel van een deel van een pand/gebouw voor een functie in dat deel van het pand/gebouw. Ook op windmolens, zendmasten en dergelijke bouwwerken is reclame van derden niet toegestaan. De naam van de desbetreffende exploitant is wel toegestaan, mits passend en ondergeschikt van aard. 

  • Bij panden waarin ook gewoond wordt, is reclame alleen toegestaan op de bedrijfsgevel en nooit op de woning.

  • Het is niet toegestaan om reflecterende, fluorescerende of bijzonder felle kleuren toe te passen.

  • Een reclame is grafisch goed verzorgd; de tekst blijft beperkt tot de hoofdboodschap (bedrijfsnaam).

  • De achterconstructie en/of bevestiging van de reclame is hoogwaardig en verstoort het beeld van de reclame niet.

  • Bij nieuwbouw maken mogelijke reclames onderdeel uit van het gevelontwerp.

  • Informatie op de gevel zoals bewegwijzering, openingstijden en dergelijke domineren het gevelbeeld niet. Deze informatie wordt tot het hoogstnoodzakelijke beperkt.

  • Bij (nieuwe) bedrijfsgebouwen, waaronder verzamelgebouwen, wordt een reclameplan opgesteld.

1. Criteria gebouwen met commerciële functies, culturele en maatschappelijke voorzieningen

Onder deze categorie vallen gebouwen waarin niet gewoond wordt, maar waarin commerciële functies, culturele en/of maatschappelijke voorzieningen zijn gehuisvest met een of meerdere gebruikers. Deze gebouwen kunnen losstaand zijn of grenzen aan een ander gebouw. Hierbij valt te denken aan kantoren, bankgebouwen, zorginstellingen, tankstations, bedrijfshallen en -complexen, scholen, musea, gebouwen met een religieuze functie, ziekenhuizen, sportcomplexen, zwembaden, bioscopen, theaters en dergelijke.

Algemeen

  • De genoemde maten van de reclametypen zijn de maximaal toegestane afmetingen, tenzij anders vermeld. Hetzelfde geldt voor de genoemde aantallen.

  • De mogelijkheden voor Reclamegebied en Reclameluw gebied zijn gelijk, tenzij anders vermeld.

  • Voor panden met verschillende gebruikers geldt dat de naam van het complex in losse letters op het gevelvlak, de dakrand of op het dak kan worden aangebracht. De namen van de daar gevestigde functies kunnen op een passende, eenduidige plek op één gevelvlak worden aangebracht. Hiervoor wordt een reclameplan verlangd. Bij meerdere gebruikers in de plint zijn de criteria uit categorie 3 ‘Voorzieningen op plintniveau’ voor dat deel van het gebouw het uitgangspunt.

  • Voor sportverenigingen geldt, aanvullend op onderstaande criteria, dat aan de buitenzijde van lage hekwerken rond de sportvelden per zijde 1/3 van het hekwerk voorzien mag zijn van reclame van sponsoren, niet zijnde digitale reclame. Voor de binnenzijde van hekwerken rondom sportvelden geldt deze beperking niet. 

  • Voor havengebieden geldt, aanvullend op onderstaande criteria, dat onder reclame alléén bedrijfsnamen worden verstaan. In deze gebieden is reclame toegestaan van grotere omvang dan de reguliere reclames tegen of boven de gevel. Daarbij geldt dat deze reclame onderdeel uitmaakt van het gebouwontwerp en wordt aangebracht als object (dus niet geschilderd of geplakt).

A. Reclame op gevels en/of daken

Plat tegen de gevel

Aantal in Reclamegebied: 1 reclame van dit type per gevel.
Aantal in Reclameluw gebied: 1 reclame van dit type per gevel, in totaal 2 per gebouw.

Gevelvlak:

  • Uitvoering in losse letters.

  • De reclame verhoudt zich logisch en ondergeschikt tot het gevelvlak.

  • De reclame wordt uitgelijnd met de gevelopzet.

  • Tot de randen van het gevelvlak geldt een minimale afstand van 15% van de hoogte van de reclame; de reclame mag nooit minder dan 0,5 m van de rand van het gevelvlak worden geplaatst.

 Gevelband of dakrand:

  • Uitvoering in losse letters.

  • Afmeting: maximaal 1 m hoog, maar blijft altijd binnen de gevelband of dakrand. Tot de boven- en onderrand geldt een minimale afstand van 10% van de hoogte van de gevelband.

Pui of kader:

  • Uitvoering in losse letters.

  • Afmetingen: puibreedte × 0,5 m (b × h); de afmetingen blijven binnen de pui of het kader.

Haaks op de gevel

Dubbelzijdige haakse lichtbak:

  • Afmetingen: 0,8 m × 0,8 m (b × h).

  • Aantal: 2 haakse lichtbakken per gevel, 1 per 10 m1 gevel.

  • Doorloophoogte: minimaal 2,3 m.

  • Haakse reclames mogen niet uitkomen boven de eerste verdiepingsvloer.

  • Afstand tot naastgelegen pand, vestiging of perceelsgrens: minimaal 0,5 m.

Luifel

Aantal: per gebouw 2 reclames per luifel, 1 per 10 m1 gevel.

Doorloophoogte: minimaal 2,3 m.

Op een luifel:

  • Uitvoering in losse letters.

  • Afmetingen: 2/3 luifelbreedte × 0,4 m (b × h).

 Tegen een luifelrand:

  • Uitvoering in losse letters.

  • Afmetingen: 2/3 luifelbreedte × 0,5 m (b × h); De reclame blijft altijd binnen de luifelrand. Tot de boven- en onderrand geldt een minimale afstand van 10% van de hoogte van de luifel.

Onder een luifel of overstek:

  • Uitvoering in losse letters.

  • Afmetingen: 2/3 luifel- of overstekbreedte × 0,4 m (b × h).

Dak
Op het dak:

  • Uitvoering in losse letters.

  • Afmetingen: 1/4 pandbreedte × 1,5 m (b × h).

  • De reclame blijft vrij van de dakrand.

  • Aantal: 1 reclame per gevel, 2 per gebouw

Digitaal (LED)scherm op begane grondgevel

  • In beschermde stadsgezichten en op monumenten zijn (LED)schermen niet toegestaan.

  • Wordt architectonisch ingepast in het gevelontwerp en is alleen toegestaan als het (LED)scherm de gevelcompositie niet aantast.

  • Aantal: 1 per gebouw.

  • Afmeting: 2 m2.

Beplakken van al dan niet gesloten puien

  • Folies voor vermindering van doorzicht, belletering en/of logo’s: 30% van het gehele pui-oppervlak.

B. Megareclames

Algemeen

  • In Reclameluw gebied en op monumenten zijn megareclames niet toegestaan.

  • Aantal: 1 per gebouw, niet op begane grondniveau.

  • Past binnen de architectuur van het gebouw.

  • Alleen op dichte kop- en eindgevels zonder architectonische bijzonderheden.

  • Afmeting: niet groter dan één gevelvlak en afgestemd op het formaat van het gebouw. Rondom de reclame blijft een rand van 10% van de breedte van de gevel vrij.

Digitale (LED)schermen

  • Een eventuele omkadering is hoogwaardig vormgegeven.

  • Geen zichtbare bevestiging- en/of constructieonderdelen (zoals elastieken, buisframes en dergelijke).

Geveldoeken

  • Hoogwaardige constructie en omlijsting die past bij de architectuur van het gebouw.

  • Materiaal en kleur zijn afgestemd op het gebouw, ook bij afwezigheid van het doek.

  • Geen zichtbare bevestiging- en/ of constructieonderdelen (zoals elastieken, buisframes en dergelijke).

Gevelschilderingen voor reclame

  • Gevelschilderingen zijn alleen mogelijk als er sprake is van belettering die oorspronkelijk in het metsel- of stucwerk van de gevel is verwerkt, of van herstel van een historisch geschilderde gevelreclame.

C. Vrijstaande reclames

Algemeen

  • Onder vrijstaande reclame worden onder andere verstaan: in de grond verankerde zuilen, vlaggenmasten en andere objecten voor reclamevoering.

  • Vrijstaande reclame is alleen toegestaan op eigen terrein.

In de grond verankerde vlaggenmast

  • Vlaggenmasten en/of banieren zijn per vestiging uniform van uitvoering.

  • Aantal reclamegebied: 3 per vestiging.

  • Aantal reclameluw gebied: 1 per vestiging.

  • Hoogte: 6 m.

Reclamezuil en andere objecten

  • Aantal: 1 per vestiging.

  • Afmetingen: oppervlak 10 m2; hoogte 5 m en breedte 4 m.

2. Woongebouwen en grondgebonden woningen

Onder woongebouwen en grondgebonden woningen vallen alle typen woongebouwen, zoals solitaire woongebouwen, delen van gebouwen waar woningen zijn gevestigd, grondgebonden woningen en dergelijke.

Algemeen

  • De genoemde maten van de reclametypen zijn de maximaal toegestane afmetingen, tenzij anders vermeld. Hetzelfde geldt voor de genoemde aantallen.

  • De mogelijkheden voor Reclamegebied en Reclameluw gebied zijn gelijk, tenzij anders vermeld.

A.  Reclame op gevels en/OF daken

Woongebouwen

  • Reclame op (delen van) woongebouwen is niet toegestaan op het deel waar de woningen zijn. Voor reclame van voorzieningen (die geen woningen zijn) in plinten van woongebouwen zijn de regels voor ‘Voorzieningen op plintniveau’ van toepassing.

Grondgebonden woningen met beroepen aan huis
Bordje tegen de gevel bij de voordeur:

  • Afmetingen: 0,2 m × 0,2 m (b × h).

  • Aantal: 1 per woning.

Sticker op glas bij de voordeur:

  • Afmetingen: 0,2 m × 0,2 m (b × h).

  • Aantal: 1 per woning.

Losstaand reclamebord in eigen voortuin:

  • Afmetingen: 0,5 m × 1,0 m (b × h).

  • Aantal: 1 per woning.

Daken

  • Op woongebouwen is reclame op het dak niet toegestaan.

B.  Megareclames

  • Op woongebouwen zijn megareclames niet toegestaan.

C.  Vrijstaande reclames

  • Bij woongebouwen zijn vrijstaande reclames niet toegestaan.

3. Voorzieningen op plintniveau

Onder voorzieningen op plintniveau vallen plinten (begane grond) van gebouwen waar losse ondernemingen en voorzieningen zijn gehuisvest, zoals winkels, horeca, praktijkruimten, kantoren en dergelijke.

Algemeen

  • De genoemde maten van de reclametypen zijn de maximaal toegestane afmetingen, tenzij anders vermeld. Hetzelfde geldt voor de genoemde aantallen.

  • Reclames in de plint van een gebouw (of architectonische eenheid) zijn qua vormgeving, plaatsing en positie op elkaar afgestemd.

  • De mogelijkheden voor Reclamegebied en Reclameluw gebied zijn gelijk, tenzij anders vermeld.

A.  Reclame op gevels en/OF daken

Plat tegen de gevel

Aantal: 1 van dit reclametype per vestiging. 

Pui of kader:

  • Uitvoering in losse letters.

  • Afmetingen: puibreedte × 0,5 m (b × h); de afmetingen blijven binnen de pui of het kader.

Gevelband:

  • Uitvoering in losse letters.

  • Afmetingen: puibreedte × 0,5 m (b × h). Tot de boven- en onderrand geldt een minimale afstand van 10% van de hoogte van de reclame.

Gevelvlak:

  • Uitvoering in losse letters.

  • Afmetingen: 2/3 pandbreedte × 0,5 m (b × h).

Haaks op de gevel
Dubbelzijdige haakse lichtbak:

  • Afmetingen: 0,8 m × 0,8 m (b × h).

  • Aantal in Reclamegebied: 2 haakse lichtbakken per vestiging, 1 per 10 m1 gevel.

  • Aantal in Reclameluw gebied: 1 haakse lichtbak per vestiging.

  • Doorloophoogte: minimaal 2,3 m.

  • Haakse reclames mogen niet uitkomen boven de eerste verdiepingsvloer.

  • Afstand tot naastgelegen pand, vestiging of perceelsgrens: minimaal 0,5 m.

Luifel
Aantal: per vestiging 2 luifelreclames per 10 m1 gevel. Haakse lichtbakjes onder de luifel zijn van dit maximum uitgezonderd. Doorloophoogte: minimaal 2,3 m. Afstand tot naastgelegen pand, vestiging of perceelsgrens: minimaal 0,5 m.

Op een luifel:

  • Uitvoering in losse letters.

  • Afmetingen: 2/3 luifelbreedte × 0,4 m (b × h).

Tegen een luifelrand:

  • Uitvoering in losse letters.

  • Afmetingen: 2/3 luifelbreedte × 0,5 m (b × h). De reclame blijft altijd binnen de luifelrand. Tot de boven- en onderrand geldt een minimale afstand van 10% van de hoogte van de reclame.

Onder een luifel of overstek:

  • Uitvoering in losse letters.

  • Afmetingen: 2/3 luifel- of overstekbreedte × 0,4 m (b × h).

Haakse lichtbak onder de luifel:

  • Afmetingen: 0,9 m × 0,15 m (b × h).

  • Aantal: maximaal 1 per 10 m1 gevel.

  • Haakse lichtbakken onder de luifel zijn uniform qua vormgeving en formaat.

Digitaal (LED)scherm op begane grondniveau

  • Aantal: 1 per vestiging, mits in het interieur en op minimaal 0,3 m van de pui geplaatst.

  • Afmeting: 2 m2.

Beplakken van al dan niet gesloten puien

  • Folies voor vermindering van doorzicht, belttering en/of logo’s: 30% van het pui-oppervlak.

Vlaggen aan de gevel

  • Vlaggenstokken en vlaggen met naamaanduiding aan de gevel zijn per gebouw of aaneengesloten rij uniform van uitvoering. Zij zijn op gelijke posities op de gevel gesitueerd.

  • Lengte vlaggenstok: 2,5 m.

  • Afstand tot de gevel: 1 m.

  • Aantal: 3 per vestiging, onderlinge afstand minimaal 4 m.

  • Afstand tot een naastgelegen pand en/of perceelsgrens: minimaal 0,5 m.

B.  Megareclames

  • Op plintniveau zijn megareclames niet toegestaan.

C.  Vrijstaande reclames

  • Niet van toepassing

Op deze pagina

Doe de welstandscheck

Krijg snel en eenvoudig inzicht in welke welstandscriteria gelden voor jouw bouwinitiatief.

Ga naar de welstandscheck